Je eerste motor kiezen

Een geschikte motor om mee te beginnen hangt af van verschillende factoren, waaronder je ervaringsniveau, je fysieke gesteldheid en je rijdoelen. Over het algemeen worden beginners aangemoedigd om te beginnen met een motorfiets die niet te krachtig is, gemakkelijk te hanteren is en goed geschikt is voor het leren van de basisvaardigheden. Hier zijn enkele opties:

  1. Lichte en middelzware cruisers: Deze motorfietsen hebben doorgaans een comfortabele zitpositie en een lager zwaartepunt, waardoor ze gemakkelijker te manoeuvreren zijn voor beginners.
  2. Allrounders/standaard motoren: Dit zijn veelzijdige motorfietsen die geschikt zijn voor verschillende soorten rijden, zoals stadsverkeer, snelwegritten en bochtenwerk. Ze bieden een goede balans tussen comfort, prestaties en wendbaarheid.
  3. Naked bikes: Deze motorfietsen hebben een minimalistisch ontwerp zonder kuipwerk en zijn vaak licht van gewicht. Ze zijn populair bij beginners vanwege hun eenvoudige bediening en wendbaarheid.
  4. Sporttoerfietsen: Deze motorfietsen combineren sportieve prestaties met comfortabele kenmerken zoals een rechtop zitpositie en een windscherm. Ze zijn geschikt voor langere ritten en bieden goede stabiliteit op de weg.
  5. Dual-sport/motocrossmotoren: Als je geïnteresseerd bent in off-road rijden, kunnen dual-sport of motocrossmotoren een goede keuze zijn. Ze zijn ontworpen voor gebruik op zowel verharde als onverharde wegen en bieden veelzijdigheid voor avontuurlijke rijders.

Het is belangrijk om verschillende motorfietsen uit te proberen voordat je er een kiest. Zo kun je ervaren hoe elke motor aanvoelt en welke het beste bij je past. Daarnaast is het aan te raden om te beginnen met een motorfiets met een motorinhoud van 250cc tot 600cc, omdat deze over het algemeen vergevingsgezinder zijn voor beginners.

Bochtentechniek

Het veilig en snel nemen van bochten op de motor vereist een combinatie van techniek, anticipatie en goede rijvaardigheden. Hier zijn enkele stappen die je kunt volgen om dit te bereiken:

  1. Anticiperen en positie kiezen: Voordat je de bocht nadert, scan je de weg voor eventuele obstakels, verkeersborden en de vorm van de bocht. Kies de juiste positie op de weg, bij voorkeur aan de buitenkant van de bocht, zodat je een beter zicht hebt en de bocht beter kunt overzien.
  2. Snelheid aanpassen: Verminder je snelheid voordat je de bocht ingaat. Gebruik indien nodig je remmen om je snelheid te verlagen tot een veilig niveau voor de specifieke bocht. Probeer te voorkomen dat je tijdens de bocht moet remmen, omdat dit je stabiliteit kan beïnvloeden.
  3. Lichaamshouding: Buig je lichaam mee met de bocht en houd je gewicht gelijkmatig verdeeld over de motorfiets. Leun lichtjes in de richting van de bocht terwijl je je armen ontspant en je handen soepel de stuurhendels vasthouden. Dit helpt om de motorfiets in balans te houden en zorgt voor een vloeiende doorstroming door de bocht.
  4. Kijktechniek: Richt je blik op het punt waar je naartoe wilt, niet op het asfalt direct voor je. Gebruik je perifere visie om je bewust te blijven van je omgeving en eventuele gevaren. Blijf gefocust op het bepalen van de juiste lijn door de bocht en pas je kijkrichting geleidelijk aan naarmate je de bocht uitrijdt.
  5. Gascontrole: Beheers de gascontrole om een ​​soepele acceleratie door de bocht mogelijk te maken. Geef geleidelijk gas terwijl je de bocht uit komt, waarbij je de motorfiets rechtop zet en terugkeert naar je normale rijpositie.

Tip voor het rijden van een haarspeldbocht: Bij het nemen van een haarspeldbocht is het belangrijk om je snelheid ruim van tevoren te verminderen en je positie op de weg goed te kiezen. Probeer de binnenkant van de bocht te vermijden, omdat dit de bocht scherper maakt en het zicht kan beperken. In plaats daarvan, neem een ruime boog naar buiten en stuur dan geleidelijk in de richting van de binnenkant van de bocht terwijl je je snelheid onder controle houdt. Houd je kijkrichting gericht op het punt waar je naartoe wilt en wees voorbereid om je snelheid verder te verminderen indien nodig. Met een gecontroleerde en geconcentreerde aanpak kun je veilig en vlot door zelfs de scherpste haarspeldbochten rijden.

Kijktechniek

Een goede kijktechniek is van vitaal belang voor motorrijders, omdat het niet alleen bijdraagt aan een vlotte en veilige rit, maar ook helpt om potentiële gevaren tijdig te herkennen en te vermijden. Door je kijktechniek te verbeteren, vergroot je je bewustzijn van de omgeving en verklein je de kans op ongelukken.

Allereerst is het belangrijk om vooruit te kijken, verder dan het directe pad van je motor. Door je blik vooruit te richten, kun je anticiperen op veranderende omstandigheden zoals obstakels, verkeer en bochten. Daarnaast is het cruciaal om je kijkrichting te verschuiven afhankelijk van de situatie. Bijvoorbeeld, wanneer je een bocht nadert, richt je blik op het punt waar je naartoe wilt rijden, niet op het asfalt direct voor je.

Het verbeteren van je kijktechniek vereist oefening en bewustwording. Neem de tijd om regelmatig je kijkgedrag te evalueren tijdens het rijden. Let op waar je naar kijkt en hoe lang je je blik op een bepaald punt houdt. Oefen met het scannen van je omgeving door je ogen actief te bewegen en je bewust te blijven van mogelijke gevaren.

Veiligheid staat altijd voorop bij het verbeteren van je kijktechniek op de motor. Blijf alert op veranderingen in het verkeer en wees bereid om snel te reageren op onverwachte situaties. Houd ook rekening met je eigen limieten en vermijd afleidingen zoals het gebruik van mobiele telefoons tijdens het rijden.

Kortom, een goede kijktechniek is essentieel voor veilig motorrijden. Door je bewust te zijn van je omgeving en actief te blijven scannen, kun je risico’s minimaliseren en genieten van een soepele en plezierige rit op de weg.

Motorrijden met rugtas

Het dragen van een rugzak op de motor kan gevaarlijk zijn en wordt over het algemeen niet aanbevolen. Dit komt omdat het extra gewicht op je rug kan zorgen voor een onevenwichtige verdeling van het gewicht op de motor, wat kan leiden tot instabiliteit en verminderde controle over de motor.

Bovendien kan een rugzak op je rug je bewegingsvrijheid beperken, waardoor je minder flexibel en minder snel kunt reageren in noodgevallen. In geval van een ongeluk kan een rugzak ook extra schade aan je rug en ruggegraat veroorzaken.

Als je toch een rugzak wilt dragen op de motor, zorg er dan voor dat je een rugzak kiest die speciaal is ontworpen voor motorrijders en die stevig vastgemaakt kan worden aan de motor, zodat het gewicht gelijkmatig verdeeld wordt. Het is ook belangrijk om ervoor te zorgen dat de rugzak niet te groot en te zwaar is en dat je geen breekbare of gevaarlijke items meeneemt.

Hieronder zijn nog een paar tips vermeld als je gaat rijden met een rugzak:

  1. Kies een rugzak die past bij het type rijden dat je doet. Als je bijvoorbeeld off-road rijdt, kies dan voor een rugzak die gemaakt is van stevige materialen en die speciaal ontworpen is voor ruw terrein. Als je lange afstanden aflegt op de snelweg, kies dan voor een slankere, gestroomlijnde rugzak die minder windweerstand biedt.
  2. Vermijd het dragen van zware of onstabiele items in je rugzak. Zware of onstabiele items kunnen ervoor zorgen dat het gewicht van de rugzak ongelijk verdeeld wordt, wat het moeilijker kan maken om de motor onder controle te houden.
  3. Zorg ervoor dat je rugzak goed vastgemaakt is aan je lichaam. Dit kan helpen voorkomen dat de rugzak gaat schuiven tijdens het rijden, wat kan leiden tot afleiding en vermindering van de controle over de motor.
  4. Vermijd het dragen van scherpe of breekbare items in je rugzak. Als je een ongeluk krijgt, kunnen deze items breken en schade aanrichten aan je lichaam.
  5. Wees je bewust van het extra gewicht dat je meedraagt in je rugzak. Dit kan van invloed zijn op de manier waarop je de motor bestuurt en kan leiden tot vermoeidheid of spierspanning. Zorg ervoor dat je regelmatig pauzes neemt en strekoefeningen doet om de spieren te ontspannen.
  6. Tot slot, als je een passagier achterop hebt zitten, dan is het dragen van een rugzak niet aan te raden, omdat het extra gewicht de motor instabiel kan maken. In dit geval kun je beter kiezen voor een zadeltas of koffer om je spullen in op te bergen.

Bij verkeerslichten naar voren rijden?

Onderstaand artikel is met dank aan de Motorrijders Actie Groep (MAG).

Met de motor doorrijden naar voren bij rood licht, mag dat wel? Veel motorrijders doen het en het gaat ook bijna altijd goed: naar voren rijden bij rood licht. Maar mag het ook?

In de Gedragscode filerijden lees je dat je op de motor tussen stilstaand en langzaam rijdend verkeer door mag rijden. Op wegen met meer dan twee rijstroken rijd je daarbij tussen het verkeer op de twee meest linker rijstroken (rijstrook 1 en 2). Belangrijk is dat deze gedragscode alleen op de snelweg geldt, en niet voor de rij auto’s die elders voor rood staat. Daar zou je dus niet langs mogen rijden.

Doorgetrokken streep
Toch rijden veel motorrijders bij rood naar voren. Als er op een weg met twee of meer rijstroken auto’s voor rood staan, kan dat vaak ook makkelijk. Gaat het om een enkele rijstrook, dan moet je vaak een of twee keer over een doorgetrokken streep rijden om vooraan te komen. Fout, dus. Om diezelfde reden mag je niet over het ene voorsorteervak naar voren rijden om in een ander vak vooraan te gaan staan.

Stopstreep
Zolang het licht op rood staat, is er natuurlijk nog een streep waar je niet overheen mag: de stopstreep, inderdaad. Rijd je met je motor langs een rij wachtende auto’s, dan kan je vrijwel nooit zien of er tussen de voorste auto en de stopstreep voldoende ruimte voor jouw motor is.

Veilig
Naar voren rijden wordt meestal gedoogd, maar er is geen officieel gedoogbeleid. Belangrijk is dat er ruimte en tijd moet zijn om het veilig te doen. Passeer stilstaand verkeer altijd met lage snelheid en zonder anderen te hinderen. Voorkom dus dat nog onderweg bent als het licht alweer op groen springt. Dat betekent dat je de verkeersregeling goed moet kennen, of dat je alleen naar voren rijdt als je ziet dat kruisend verkeer net groen krijgt. Voorkom ook altijd dat je met je motor midden op een zebrapad of een fietsoversteekplaats komt te staan. Hou je je ook nog aan de hierboven genoemde regels, dan is er bijna geen agent die je gaat bekeuren.

Gedragscode
Het Motorplatform, een overlegorgaan waar onder meer MAG, politie en het Openbaar Ministerie in vertegenwoordigd zijn, heeft overwogen om naast de gedragscode voor filerijden ook regels op te stellen voor het bij rood licht naar voren rijden. Daar is uiteindelijk van afgezien: er zijn bij verkeerslichten zo veel verschillende situaties dat er geen eenduidige gedragscode voor op te stellen is. Het komt dus allemaal neer op gezond verstand en respect voor andere weggebruikers. Als dat je basis is, is de kans op een bekeuring of verwijtende blikken minimaal.

Bekeuring
De andere kant van het verhaal is dat een rechter eind 2022 uitspraak deed in een zaak rond een motorrijder die op een provinciale weg bij rood naar voren reed. De agent die hem bekeurde deed dat omdat de motorrijder op een kruispunt niet de richting volgde die door de voorsorteerstrook werd aangegeven. De advocaat van de motorrijder gaf aan dat zijn cliënt de gedragsregels voor filerijden volgde – maar die gelden dus alleen bij files op snelwegen, en al helemaal niet als je rechtdoor gaat terwijl je over een andere voorsorteerstrook aan komt rijden. De bekeuring van 240 euro bleef staan. Jammer voor de motorrijder in kwestie. Nog jammerder voor ons, omdat deze uitspraak ongetwijfeld weer een handvol automobilisten inspireert om een bestraffende vinger te heffen of ons de doorgang te beletten als we rustig naar voren rijden.

Niet de eerste
Drie belangrijke tips tot slot:
1. Rij nooit naar voren als er een vrachtwagen vooraan staat. Je zal de eerste niet zijn die wordt overreden omdat de je motor afslaat en de chauffeur je vanaf zijn hoge plek niet ziet staan.
2. Sta je achteraan de in rij, stel jezelf dan indien mogelijk zo op dat je een vluchtweg hebt. Ga dus nooit te dicht op je voorganger staan en houd achteropkomend verkeer via je spiegels in de gaten. Je zal de eerste niet zijn die voor rood van achteren aangereden wordt.
3. Sta je vooraan en springt het licht op groen, geef dan pas gas als je zeker weet dat de weg vrij is. Je zal de eerste niet zijn… Precies.

Bron: Motorrijders Actie Groep (MAG)

Check je motor in het voorjaar

Fantastisch dat je weer de weg op gaat met je motor in het voorjaar! Hier zijn enkele tips om ervoor te zorgen dat je motor klaar is voor het nieuwe seizoen:

  1. Controleer de banden: Controleer de bandenspanning en zorg ervoor dat ze in goede staat verkeren. Controleer ook het profiel op slijtage.
  2. Accu: Als je de accu hebt verwijderd tijdens de winteropslag, plaats deze dan terug en laad hem volledig op. Controleer de accu op eventuele tekenen van corrosie.
  3. Vloeistoffen: Controleer het oliepeil en de kwaliteit van de olie. Controleer ook het niveau van de remvloeistof en koelvloeistof.
  4. Remmen: Controleer de remmen op slijtage en zorg ervoor dat ze goed functioneren. Controleer ook de remvloeistofniveaus.
  5. Verlichting: Controleer alle verlichting, inclusief koplampen, remlichten, richtingaanwijzers en achterlichten. Zorg ervoor dat alle lampen goed werken.
  6. Ketting: Smeer de ketting en controleer de spanning. Een goed gesmeerde en afgestelde ketting verbetert de prestaties en veiligheid.
  7. Remschijven: Controleer de remschijven op slijtage en vervang ze indien nodig.
  8. Luchtfilter: Controleer de staat van het luchtfilter en vervang het indien nodig.
  9. Smering: Smeer bewegende delen, zoals hendels en scharnieren, om soepele werking te garanderen.
  10. Controleer alle bouten en moeren: Zorg ervoor dat alle bevestigingsmiddelen goed zijn vastgedraaid.
  11. Brandstofsysteem: Controleer het brandstofsysteem op lekken en zorg ervoor dat de carburateurs of brandstofinjectoren schoon zijn.
  12. Testrit: Maak een korte testrit om te controleren of alles naar behoren werkt. Luister naar ongewone geluiden en let op eventuele trillingen.
  13. Veiligheidsuitrusting: Controleer je helm, handschoenen, laarzen en andere veiligheidsuitrusting om ervoor te zorgen dat alles in goede staat is.
  14. Verzekering en registratie: Zorg ervoor dat je motorfietsverzekering en registratie up-to-date zijn.

Geniet van je ritten in het voorjaar en houd altijd rekening met de verkeersregels en veiligheid op de weg. En vergeet vooral niet je regenpak mee te nemen en tijdig aan te trekken!

Voortgezette rijopleiding

Een aanvullende rijopleiding na het behalen van je motorrijbewijs is essentieel om je rijvaardigheden te verfijnen en je veiligheid op de weg te vergroten. Deze trainingen bieden geavanceerde technieken voor bochtenwerk, remmen en manoeuvreren, waardoor je beter voorbereid bent op diverse rijomstandigheden en noodsituaties. De KNMV biedt hiervoor een aantal opleidingen. Een aantal leden neemt deel aan de VRO2-cursus op 7 april. Heb je ook belangstelling? Door bij de aanmelding te vermelden dat je lid bent van ‘n Tuf, ontvang je € 12,50 korting voor de VRO2-cursus van 7 april (vol=vol). Meer informatie over de VRO2-cursus is te vinden op de website van KNMV.

Uiteraard heeft de KNMV veel meer opleidingen, zodat er voor iedereen wel een opleiding te vinden is die bij je past. Het volledige overzicht van de opleidingen van de KNMV is hier te vinden.

Vering afstellen

In het vorige bericht hadden we het over het belang van vering in het algemeen. Soms kun je zelf al vrij eenvoudig de vering van je motor zodanig veranderen, dat het weggedrag van de motor fors verbeterd.

Veervoorspanning instellen
De veervoorspanning van een motorfiets heeft directe invloed op het gedrag van de vering en kan verschillende gevolgen hebben. De veervoorspanning verwijst naar de mate waarin de vering is voorgespannen om het gewicht van de motorfiets en de berijder te compenseren. Hier zijn enkele gevolgen van de veervoorspanning op een motorfiets:

  1. Rijhoogte: Door de veervoorspanning aan te passen, kan de rijhoogte van de motorfiets worden gewijzigd. Het verhogen van de veervoorspanning zal de motorfiets hoger laten zitten, terwijl het verlagen ervan de motorfiets lager doet zitten. Een juiste rijhoogte zorgt voor een goede balans tussen grondspeling, stabiliteit en wendbaarheid.
  2. Belasting en gewichtsverdeling: De veervoorspanning kan worden aangepast aan de belading van de motorfiets. Als de motorfiets zwaar beladen is, kan het verhogen van de veervoorspanning helpen om het extra gewicht beter te compenseren en de vering steviger te maken. Dit verbetert de stabiliteit en voorkomt dat de motorfiets te veel doorzakt. Bij minder belasting kan het verlagen van de veervoorspanning de vering soepeler maken en zorgen voor een comfortabelere rit.
  3. Grondspeling: De veervoorspanning heeft invloed op de grondspeling van de motorfiets. Een hogere veervoorspanning verhoogt de grondspeling, waardoor de motorfiets beter bestand is tegen oneffenheden in de weg en hobbels. Dit kan vooral belangrijk zijn bij off-road rijden of bij het nemen van scherpe bochten waar extra ruimte nodig is.
  4. Stabiliteit en handling: Een juiste veervoorspanning draagt bij aan de stabiliteit en het weggedrag van de motorfiets. Het zorgt voor een optimale gewichtsverdeling tussen de voor- en achtervering, waardoor de motorfiets beter in balans blijft tijdens het rijden. Een te zachte veervoorspanning kan leiden tot doorzakken, onvoorspelbaar gedrag en verminderde stabiliteit, terwijl een te harde veervoorspanning kan resulteren in stijfheid en een verminderde grip.

Het aanpassen van de veervoorspanning kan een effectieve manier zijn om de vering van een motorfiets af te stemmen op de specifieke behoeften van de berijder, het gewicht en de rijomstandigheden. Het is echter belangrijk om te onthouden dat het afstellen van de veervoorspanning invloed kan hebben op andere aspecten van de vering, zoals demping. Het is raadzaam om de handleiding van de motorfiets te raadplegen of advies in te winnen bij een professionele monteur voor specifieke aanbevelingen met betrekking tot de veervoorspanning als je niet zeker bent van de zaak.

Ingaande en uitgaande demping
Het afstellen van de ingaande en uitgaande demping is lastiger. Zonder technische kennis en de gevolgen kun je het beter overlaten aan de specialist. Ga je er toch mee aan de gang, houd dan het aantal kliks van de wijzigingen bij, zodat je weer terug kunt naar de beginafstelling. Het aanpassen van de ingaande en uitgaande demping van een motorfiets heeft directe invloed op het gedrag van de vering en kan verschillende gevolgen hebben. Ingaande demping verwijst naar de demping bij het inveren van de vering, terwijl uitgaande demping betrekking heeft op de demping bij het uitveren van de vering. Hier zijn enkele gevolgen van het veranderen van de ingaande en uitgaande demping:

  1. Controle over de vering: Door de ingaande demping aan te passen, kan de snelheid waarmee de vering inverent worden gereguleerd. Een sterkere ingaande demping zorgt voor meer weerstand en maakt de vering langzamer, terwijl een zwakkere ingaande demping zorgt voor minder weerstand en een snellere invering. Dit heeft invloed op hoe de vering reageert op oneffenheden in de weg en helpt bij het behouden van controle en grip.
  2. Terugvering: De uitgaande demping bepaalt de snelheid waarmee de vering uitveert na het inveren. Een hogere uitgaande demping zorgt voor meer weerstand en vertraagt de uitvering, terwijl een lagere uitgaande demping zorgt voor minder weerstand en een snellere uitvering. Het aanpassen van de uitgaande demping kan invloed hebben op het absorberen van hobbels, het voorkomen van stuiteren en het behouden van contact met de weg.
  3. Stabiliteit en handling: De demping speelt een cruciale rol in de stabiliteit en handling van een motorfiets. Een juiste demping helpt bij het absorberen van oneffenheden en trillingen, waardoor de motorfiets stabiel blijft en beter reageert op stuurbewegingen. Het veranderen van de ingaande en uitgaande demping kan de stabiliteit en handling beïnvloeden. Een te zachte demping kan resulteren in overmatig doorzakken, onvoorspelbaar gedrag en verminderde stabiliteit, terwijl een te stijve demping kan leiden tot een stug rijgedrag en een verminderde grip.
  4. Comfort en rijkwaliteit: Het aanpassen van de demping kan ook de mate van comfort en rijkwaliteit beïnvloeden. Een goed afgestelde demping zorgt voor een soepele en gecontroleerde rit, waarbij schokken en trillingen worden geminimaliseerd. Het veranderen van de demping kan helpen bij het aanpassen van de motorfiets aan de persoonlijke voorkeuren van de berijder en de specifieke rijomstandigheden.

Het is belangrijk op te merken dat het afstellen van de demping een delicaat proces is dat een zorgvuldige benadering vereist. Het kan handig zijn om de handleiding van de motorfiets te raadplegen of advies in te winnen bij een professionele monteur met ervaring in het afstellen van veringssystemen. Het geleidelijk aanpassen van de demping en het testen van de motorfiets in verschillende rijomstandigheden kan helpen om de gewenste balans te vinden tussen controle, stabiliteit, comfort en rijkwaliteit.

Het belang van vering

De vering van een motorfiets heeft een grote invloed op het weggedrag van de motorfiets. Een goede vering zorgt ervoor dat de motorfiets stabiel en comfortabel rijdt, ook bij ongelijke wegomstandigheden. Een slechte vering kan ervoor zorgen dat de motorfiets onstabiel, oncomfortabel en moeilijk te besturen is.

De vering van een motorfiets bestaat uit twee delen: de veer en de demping. De veer zorgt ervoor dat de motorfiets opveren als er een oneffenheid in de weg wordt geraakt. De demping zorgt ervoor dat de motorfiets niet te ver opveert en dat de motorfiets weer snel zijn normale positie bereikt.

De vering van een motorfiets kan worden aangepast aan de rijstijl en de wensen van de motorrijder. De veerweg kan worden aangepast aan de grootte van de motorrijder en aan de gewichtsverdeling van de motorfiets. De demping kan worden aangepast aan de rijstijl van de motorrijder en aan de omstandigheden waarin de motorfiets wordt gereden.

Een goede vering is belangrijk voor de veiligheid van de motorrijder. Een goede vering zorgt ervoor dat de motorfiets stabiel en controleerbaar blijft, ook bij ongelijke wegomstandigheden. Dit kan het risico op ongelukken verkleinen.

Een goede vering is ook belangrijk voor het comfort van de motorrijder. Een goede vering zorgt ervoor dat de motorrijder minder wordt geschud bij ongelijke wegomstandigheden. Dit kan vermoeidheid en pijn verminderen.

Als je een motorfiets koopt, is het belangrijk om te letten op de vering. Een goede vering is een investering in de veiligheid en het comfort van de motorrijder.

Winterklaar maken


Het winterklaar maken en onderhouden van je motorfiets is belangrijk om ervoor te zorgen dat deze in goede conditie blijft tijdens de koude wintermaanden. Hier zijn enkele tips om je motor in de winter te beschermen:

  1. Opslagplaats: Als mogelijk, bewaar je motorfiets binnen, bijvoorbeeld in een garage. Dit beschermt de motor tegen de elementen en temperatuurschommelingen.
  2. Brandstofstabilisator: Voeg een brandstofstabilisator toe aan de brandstoftank om te voorkomen dat de brandstof in de carburateur of brandstofinjectie veroudert en problemen veroorzaakt.
  3. Accu: Verwijder de accu of gebruik een druppellader om de accu opgeladen te houden. Koude temperaturen kunnen de accu ontladen, dus regelmatig controleren en onderhouden is belangrijk.
  4. Banden: Controleer de bandenspanning en zorg ervoor dat deze op het juiste niveau is. Als je motor voor langere tijd wordt opgeslagen, overweeg dan om het gewicht van de motor van de banden te halen door deze op te tillen met een paddockstand.
  5. Olie en filter: Ververs de motorolie en vervang het oliefilter voordat je de motor opslaat. Schone olie beschermt de motor tegen corrosie.
  6. Antivries: Controleer het koelsysteem en zorg ervoor dat er voldoende antivries in het systeem zit om bevriezing te voorkomen.
  7. Smering: Smeer bewegende delen, zoals de ketting en andere verbindingen, om roest te voorkomen.
  8. Afdichtingen: Controleer en smeer de afdichtingen en rubberen onderdelen om ze soepel te houden.
  9. Cover: Bedek de motorfiets met een ademende motorhoes om stof en vocht buiten te houden.
  10. Start de motor af en toe: Als je de mogelijkheid hebt, start de motor af en toe en laat deze een tijdje draaien om de smering en bewegende delen te behouden.
  11. Vorstbescherming: Als de temperatuur erg laag wordt, overweeg dan om het koelsysteem te beschermen tegen bevriezing met een koelvloeistof die geschikt is voor koude temperaturen.
  12. Bandenonderhoud: Als je van plan bent om in de winter te blijven rijden, overweeg dan om winterbanden te gebruiken voor extra grip op gladde wegen.